Het cultuurselsel
In 1830 werd het cultuurstelsel ingevoerd in Nederlands-Indië. Dit systeem zou tot 1870 blijven bestaan, want Nederland had geld nodig. Onze kolonie Nederlands-Indië moest een winstgevend gebied worden
Het cultuurstelsel werd door Gouverneur-generaal Johannes van den Bosch in 1830 ingevoerd.
In het cultuurstelsel werd de inlandse bevolking verplicht om twintig procent van de grond te gebruiken voor producten die door de regering werden bepaald. Dit waren producten waarvoor een goede markt bestond in Europa, zoals indigo(een blauwe kleurstof), koffie, thee, suiker en tabak. De Nederlandse overheid bepaalde de prijs die de boeren in Indonesië kregen.
De Nederlandse Handel Maatschappij (NHM) zorgde voor het transport en de verkoop van de producten uit Nederlands-Indië. Hiermee kon de NHM, waarvan koning Willem I van Nederland de hoofdaandeelhouder was, grote winsten maken.
Misstanden
Het cultuurstelsel kende vele misstanden. Ambtenaren en Indonesische vorsten kregen zogenaamde 'cultuurprocenten'. Zij verdienden aan de opbrengst van de oogst en wezen daarom meestal de beste gronden aan voor de teelt van producten die onder het cultuurstelsel vielen.
Soms eisten ze ook meer dan de wettelijke twintig procent landbouwgrond. De boeren kregen een zogenaamd plantloon, maar deze vergoeding werd steeds veel te laag vastgesteld.
Alleen de Nederlandse regering en het koningshuis, dankzij hun aandeel in de Nederlandse Handel Maatschappij profiteerden van het cultuurstelsel. Voor de bewoners van de kolonie was er de hongerdood....
Afschaffing
In het boek Max Havelaar door Multatuli werd het lijden en het slechte behandelen van de Indonesische boeren aan de kaak gesteld. Mede door de kritiek van Multatuli werd het cultuurstelsel in 1870 grotendeels afgeschaft.
Maak jouw eigen website met JouwWeb